HET PRE-BREIN
De hersenen zijn al voor de bevruchting aan het groeien. Genetische- en omgevingsfactoren bepalen voor een deel hoe je hersenen zich zullen vormen. Na de bevruchting gaan de cellen van foetus zich verdelen om organen te vormen zoals het hart, de nieren en de longen. Even later ontwikkeld het centrale zenuwstelsel zich. Na 5 maanden heeft het brein al 100 miljard neuronen(zenuwcellen) aangemaakt en is het in staat om zintuigen op te nemen en bewegingen uit te voeren. De ontwikkeling van de hersenen tijdens de foetale periode is cruciaal en heel kwetsbaar: alcohol, drugs en stress kunnen hierop een invloed hebben. Wanneer er tijdens deze fase dingen misgaan, kan dit de basis vormen voor problemen op latere leeftijd.
​
HET BABYBREIN
Ondertussen heeft het brein al ongeveer 95% zenuwcellen aangemaakt. Bij de geboorte is het zo goed als af, het brein zal nu heel hard gaan groeien. Het vormen van deze connecties wordt beïnvloedt door alles wat de baby hoort, ziet, voelt, smaakt enz. Het is belangrijk dat de baby's goed verzorgd worden om latere afwijkingen in de hersenen te vermijden. Dit kun je stimuleren door bijvoorbeeld affectie.
​
HET KINDERBREIN
Tijdens de kindertijd groeit het brein nog steeds verder, ook hier is omgeving een belangrijke factor. Hersencellen kunnen sterker worden door dingen vaak te doen of dingen te oefenen en na een tijd gaat het vanzelf.
​
​
​
HET PUBERENDE BREIN
Het puberbrein is nog niet af.De hersenen doormaken nog een belangrijke groei.Tijdens de puberteit worden er niet alleen meer connecties gemaakt maar er worden ook connecties weggesnoeid die overbodig zijn en we niet meer nodig hebben.Er is een choas in de hersenen en de pubers hebben 9u/nacht nodig om te slapen.
​
​
​
ONBALANS EN IMPULSIVITEIT
Tijdens de puberteit groeien bepaalde delen van de hersenen sneller dan de andere en dit zorgt voor onbalans.De hersengebieden die instaan voor emoties, sociale relaties en impulsiviteit pieken in het begin van de pubertijd terwijl er een tragere groei is van hersengebieden in de prefrontale cortex,die belangrijk zijn voor controlefuncties: die ons remmen in impulsief – en roekeloos gedrag.
​
SUPER PUBER
De trage groei van de frontale cortex heeft niet alleen nadelen maar ook bepaalde voordelen. Pubers zien immers nog veel mogelijkheden en durven kansen grijpen.Omdat er een enorme ontwikkeling is in de hersenen van de pubers hebben ze het gemakkelijker om dingen te leren in vergelijking met volwassenen.
​
HET VOLWASSEN BREIN
Rond de leeftijd van 25 jaar is ons brein een volwassen brein.Als volwassene moet een mens heel veel dingen kunnen combineren: kinderen opvoeden, carrière maken … Dit kan zorgen voor chronische stress en ondanks het feit dat ons brein tijdens de volwassenheid een
grotere draagkracht heeft, is het nog steeds wel kwetsbaar.
​
​
​
HET BEJAARDE BREIN
Vanaf de leeftijd van 25 jaar is er slijtage van het brein. De ene zenuwcel sterft af en de massa van het brein neemt langzaam maar gestaag af. Veroudering gaat in ons lichaam met de achteruitgang van functie, opstapeling van schadelijke stoffen en afbraakproducten en de afname van reservecapaciteit die instaat voor herstel.
Bepaalde hersengebieden zijn gevoeliger voor verouderingsschade dan andere. De hersenschors, de cortex, is hiervoor heel gevoelig zoals ook de kleine hersenen, de amygdala en de hippocampus. De hippocampus is betrokken bij de geheugenprocessen en die bij een aandoening zoals Alzheimer dementie sterk getroffen wordt. Om succesvol cognitief te verouderen is lichamelijk gezond blijven belangrijk. Zo niet dan versnelt het aftakelingsproces van het brein.
​
LEVEN MET STEEDS MINDER GEHEUGEN-DEMENTIE
Alzheimer is de meest voorkomende ziekte vorm van dementie. Deze ziekte beïnvloedt niet alleen de persoon maar ook de omgeving van de persoon. Alzheimer kenmerkt zich door de opstapeling van eiwitten in de hersenen. Door deze opeenstapeling wordt de communicatie tussen de hersencellen bemoeilijkt en uiteindelijk vernietigd. Hierdoor gaat de aftakeling van het brein veel sneller en dit wordt duidelijk door ernstige geheugenstoornissen.Wanneer we mensen met Alzheimer onder de scanner leggen zien we heel goed wat er gebeurt bij deze ziekte. Het brein neemt af in volume, het begint letterlijk te krimpen. Er is geen behandeling voor deze ziekte.
​
​
​
​
​
​
​
​
​
​
